· Er zijn geen middelen die aan of op het paard zitten en het uitvoeren van een stereotypie belemmeren (bijv. anti-luchtzuigband).
· Er zijn geen aanpassingen aan of in de huisvesting die het paard belemmeren in het uitvoeren van een stereotypie (bijv. prikkeldraad of stroomdraad op stalwand/ smeerseltje op stalwand om kribbebijten te voorkomen, ketting of bal in het midden van de box om rondjes te voorkomen).
· Omdat anti-weefrekken vaak vast zitten aan de deur wordt daar de volgende lijn gevolgd: als het rek vastzit aan de deur, dan wordt dit niet aangerekend als een belemmering; Echter als het een los element is dat “open” en “dicht” kan en het is “dicht” dan kan dit wel worden aangerekend als een belemmering.
· Er zijn geen middelen die aan het paard zitten en die bewegingsgemak en/of ander ongewenst gedrag verhinderen (bijv. touwladder om hals, muilkorf).
· De gestalde paarden kunnen elkaar zien.
· De gestalde paarden kunnen buiten kijken.
· De gestalde paarden kunnen hun hoofd buiten de stal steken.
· Sociaal contact tussen paarden die elkaar accepteren wordt gestimuleerd.
· De paarden komen dagelijks hun stal uit en hebben daarbij ook de mogelijkheid tot vrije beweging - ook in de winter. (Er zijn dus ook voldoende paddocks om hierin te voorzien).
· Paarden komen dagelijks op de weide of paddock, bij voorkeur in groep.
· Er hangen/ligt manipuleerbaar afleidingsmateriaal in de stallen.
· Er is 24/7 voldoende ruwvoer (mogelijkheden om te kauwen) beschikbaar
· Pijnlijke aandoeningen worden adequaat behandeld
· ……